De bof
Algemene informatie.
De bof (komt van het oud-Nederlandse “boffe” dat bol gezicht betekent) is een besmettelijke ziekte die normaal gesproken alleen voorkomt bij kinderen tussen vijf en twaalf jaar. Bij jongere kinderen komt het sporadisch voor. Als een kind de bof eenmaal, op natuurlijke wijze gehad heeft, ontstaat er levenslange immuniteit (dat is niet altijd het geval bij inentingen of vaccinaties).
De bof is een virusziekte (Myxovirus parotiditis). Zover bekend is het virus niet mutatief. Een deel van de kinderen wordt immuun zonder dat het ziektesymptomen krijgt. Bij oudere kinderen zijn de symptomen vaak heftiger dan bij jonge kinderen.
De bof is bijzonder besmettelijk, het virus kan zich verplaatsen via lucht, vocht of voorwerpen (dus hoesten, ademen, niezen, dingen die beetgepakt of in de mond worden gestopt). Bij ± 35% van de besmettingen treden er geen verschijnselen op. Men spreekt dan van een stille afweeropbouw. Opvallend is dat de bof vaak voorkomt in de winter en lente en dat er een epedimie optreedt zo om de 5 tot 10 jaar.
De incubatietijd
De incubatietijd is de tijd die ligt tussen de besmetting en het verschijnen van de ziektesymptomen. De incubatietijd is tussen de veertien en twintig dagen (soms loopt het op tot wel vier weken). Het virus vermenigvuldigt zich in de speekselklieren zo´n zes dagen voor het uitbreken van de ziekte tot twee weken na het begin van de ziekte. Na het uitbreken van de ziekte duurt het nog twee á drie weken voordat het kind geheel hersteld is.
De symptomen en het verloop van de ziekte
Kind met de bof
In eerste instantie heeft het kind meestal weinig eetlust, slaapt onrustig en is hangerig. Soms klaagt het kind over pijn achter de kaakhoek net voor of onder het oor of over keelpijn. Daarna komt de koorts soms oplopend tot 40° C, moeheid en het kind klaagt over hoofdpijn en/of buikpijn. De koorts is een reactie van het lichaam tegen de ziekte. Virussen kunnen zich bij een temperatuur van 39° tot 40° C niet meer vermenigvuldigen (onderdruk dus nooit een ziekte in dit stadium! Als virussen onbelemmerd hun gang kunnen gaan, wordt de kans op complicaties zoals hersenvliesontsteking vergroot).
Dan begint, meestal na één of twee dagen, de speekselklier onder één van de oren op te zwellen (soms één kant, soms beide kanten). De zwelling wordt in het begin vooral zichtbaar doordat de wang vlak voor het oorlelletje opzwelt en daardoor het oorlelletje naar boven drukt. Vandaaruit breidt het zich over de hals en de wangen uit. De ergste zwelling zit net voor het oorlelletje en op de hals. De pijn is het ergst bij het slikken en het openen van de mond. De huid op de zwelling is vaak glanzend en gespannen, maar niet rood. De oorspeekselklieren voelen stevig maar elastisch aan. Drukken erop doet pijn. De speekselklieren onder de kaak en tong kunnen opzwellen. De zwellingen reiken tot in de hals en het kind moet het hoofd schuin houden om de pijn te verlichten. De gezwollen klieren geven het kind het karakteristieke bof-uiterlijk. Het kind klaagt meestal over een droge mond, in sommige gevallen echter is er juist extra veel speeksel. Meestal is er een dikke tongaanslag en ruikt het kind sterk uit de mond. Door de zwelling kan er ook druk op het oor ontstaan en klaagt het kind over oorpijn, oorsuizen en gehoorverlies. Als de zwellingen afnemen, verdwijnen deze klachten weer. Na drie tot vier dagen is de zwelling het sterkst, daarna neemt het geleidelijk weer af. De zwellingen verdwijnen meestal rond de tiende dag, soms eerder. Ook de keelkachten nemen snel weer af. Daarna herstelt het kind redelijk snel en na ± veertien dagen is alles weer over.
Complicaties en minder vaak voorkomende symptomen.
Complicaties treden over het algemeen slechts op als de ziekte nog in de besmettelijke fase is, dus de eerste tien tot veertien dagen. Indien jongens de bof krijgen na het inzetten van de pubertijd kan het zijn dat er ontsteking van één van de zaadballen optreedt. Zo´n ontsteking kan in sommige gevallen leiden tot het niet meer goed functioneren van die zaadbal.(De andere niet aangedane bal functioneert gewoon.) Daardoor zou onvruchtbaarheid, voor die bal, kunnen optreden. Onvruchtbaarheid treedt echter maar zeer zelden op en er is geen wetenschappelijk bewijs voor het optreden van onvruchtbaarheid na de bof! Voor meisjes kan het ook van belang zijn de bof als kind gewoon door te maken, omdat wanneer zij het als volwassen vrouw in de eerste vier maanden van de zwangerschap krijgt, er misvorming van het ongeboren kind zou kunnen optreden.
Zeer zelden kan er als complicatie hersenvliesontsteking optreden (zie onder hersenvliesontsteking) De typische bofmeningitis kenmerkt zich door hoofdpijnklachten, het kind wil niet overeind zitten of staan en er kan eventueel duizeligheid optreden. Deze vorm van hersenvliesontsteking heeft vrijwel nooit ernstige gevolgen. Het komt ook weinig voor (± 1 op de 18.000 gevallen) en dan met name bij mensen die de bof krijgen na het inzetten van de pubertijd. Er kan oedeem optreden in de keel waardoor de ademhaling bemoeilijkt wordt. Over het algemeen kan dat met een homeopathisch geneesmiddel verholpen worden. Het is dan wel noodzaak dat het kind bij een homeopaat onder behandeling is. Ga je niet vaccineren zoek dan van te voren contact met een homeopaat zodat die de kinderen kent en in acute situaties kan helpen.
Ook kan er een ontsteking van de alvleesklier optreden, die zeer pijnlijk kan zijn maar verder onschuldig is. Daarnaast kan het zijn dat het kind daardoor veel moet braken. Voor het ondersteunen met geneesmiddelen is de hulp van een ervaren homeopaat noodzakelijk.
Wat “levert” de bof op.
Als een kind op natuurlijke wijze de bof doormaakt, levert dat levenslange bescherming tegen herhaling van de ziekte op. Daarnaast is een veel gehoord verhaal door ouders dat het kind na de bof een stuk weerbaarder is geworden. Veel kinderen blijken daarna minder vatbaar voor allerlei kwakkelkwaaltjes, zoals altijd verkouden zijn. Uit onderzoek blijkt ook dat mensen die op jonge leeftijd de bof doormaken (maar ook andere kinderziektes) op latere leeftijd minder kans op kankervorming aan de geslachtsklieren hebben.
Hulpmiddelen en behandeling.
Over het algemeen zal behandeling niet nodig zijn en kan het lichaam de ziekte prima aan. Bedrust tot het kind geheel hersteld is, is het beste en voorkomt veelal complicaties.
Tot voor kort had ik hier adviezen staan over gewone huis tuin en keuken middeltjes om de klachten te verlichten. Door de komst van de wet codex alimantairus mag dat niet meer. Indien u mij consulteerd kan ik u de adviezen eventueel mondeling geven.
Ga niet zelf aan het dokteren als je niet goed weet wat je doet. Consulteer een homeopaat.